En met prachtige planten bedoel ik de Hosta’s. Deze veelzijdige plant werd ooit (1829) door de heer Von Siebold vanuit Japan naar Nederland gestuurd. En wel naar de Hortus Botanicus in Leiden.
De heer Von Siebold werkte als arts voor de VOC in Japan, maar trok regelmatig het land in om planten te verzamelen en naar Nederland te sturen. Heel wat planten in de Hortus Botanicus in Leiden zijn door hem verscheept vanuit Japan. Een aantal van de oorspronkelijke ingevoerde bomen zijn nog steeds te bewonderen in de Hortus.

Maar terug naar de Hosta’s. Nog voor Von Siebold de plant vanuit Japan naar Nederland introduceerde was al eerder (in 1780) vanuit China de Hosta Plantagenius naar Europa gekomen. Ruim 230 jaar na de eerste introductie zijn er nu zo’n 4000 soorten. Vooral in Amerika is men heel actief met het kweken van nieuwe cultivars. Maar ook in Nederland en België zijn een paar kwekers die zich met kruisingen bezig houden. Hosta’s zijn heel makkelijke planten, ze doen het op bijna alle grondsoorten goed en bezitten heel veel goede eigenschappen. Zo zijn ze goed winterhard en kunnen tientallen jaren mee zonder dat het hart in de plant gaat verrotten. En staan ze eenmaal goed boven de grond dan krijgt geen onkruid de kans meer. Hosta’s zijn er in allerlei vormen en maten, van 5cm tot 180cm en er is een grote keus aan bladkleuren en bladvormen. En hoewel het van oorsprong schaduwplanten zijn, zijn er tegenwoordig cultivars die de zon goed verdragen. In tegenstelling tot andere vaste planten is het niet nodig Hosta’s regelmatig te verplanten. Ze kunnen rustig jaren op dezelfde plaats blijven staan. Ze worden alleen maar mooier en mooier. Hosta’s in potten moet je wel regelmatig verpotten. En denk er in de winter aan dat ze wel goed tegen vorst kunnen maar niet tegen nattigheid. Zet ze daarom onder een afdakje of zoals ik doe onder de carport wat beslist geen vorstvrije plek is maar wel droog. Daar overleven ze de winter altijd goed.

En hoe ben ik nou zo enthousiast over Hosta’s geworden? Wel in mijn tuin in Emmen had ik een hoek waar weinig licht kwam en het redelijk droog was. Er wilde echt nauwelijks iets groeien. Een kennis gaf me toen een paar Hosta’s en zei “probeer deze maar eens”. Ze deden het geweldig en ik vond de bladeren prachtig. Ja en dan ga je op zoek naar andere variëteiten en word je steeds enthousiaster en komen er steeds meer. De teller staat nu op een klein honderd en voor meer heb ik eigenlijk geen plek meer. Maar ik weet zeker dat als ik ergens een mooie Hosta zie ik toch weer bezwijk en hem koop. Ach als je iets mooi vindt vind je er altijd wel een plekje voor.

Lies Vreugdenhil

Ik geef de pen door aan Jacques van Velsen